Het jaar 1980
In 1980 wilde Staatsbosbeheer het terrein van het vliegveld gaan gebruiken voor beweiding met schapen, waardoor de mogelijkheid tot zweefvliegen onzeker zou worden. Aankoop van een gedeelte van het vliegveld, de weg en de grond waarop de hangar staat, zodat de toekomst veilig kon worden gesteld door de vliegclub, kon helaas niet doorgaan.
De plannen van Staatsbosbeheer vormden niet de enige bedreiging voor de vereniging.
Het jaar werd gekenmerkt door een gebrek aan motivatie onder de leden voor diverse clubtaken. Het bestuur uitte derhalve zijn bezorgdheid over deze ongunstige wending.
Eind 1980 was deze crisis in de vereniging zo groot, dat men zich in de ledenvergadering kon verenigen met een vliegstop van drie maanden om de zaken op een rijtje te zetten. Er werden talloze commissies in het leven geroepen zoals commissie veldreglement, feestcommissie 25-jarig jubileum, wedstrijdcommissie, winterwerk-commissie en de al bestaande kascommissie. Het was een teken dat er gezamenlijk weer gewerkt werd aan een saamhorige vereniging.
Co Coomans trad terug als instructeur na deze functie jarenlang alleen te hebben uitgevoerd.
Na het wegvallen van Co Coomans werden naast Peter de Maat diverse gastinstructeurs, van ondermeer Woensdrecht, aangetrokken om de nodige lessen te kunnen verzorgen. Tevens werd aan de opleiding van startofficieren een flinke impuls gegeven.
Aangezien een ieder een steentje bij wilde dragen aan het op gang houden van het vliegbedrijf wilden ook de vrouwen in de vereniging in aanmerking komen voor kabelrijden, lieren en andere activiteiten. Dit was hen tot dan toe ontzegd.
Ondanks de perikelen rond het vliegbedrijf en het tegenvallende weer werden er toch 5822 starts gemaakt door 61 vliegende leden.
De verbetering van de onderlinge relaties binnen de club kwamen tot uiting in het organiseren van het inmiddels traditionele clubfeest (gehouden in hotel ‘Vliegveld’) en het goed verzorgde kerstdiner met maar liefst 1 kilo kalkoen per persoon.
Het jaar 1981
Het overleg over de aanbouw van de hangaar kwam in 1981 weer langzaam op gang,
na voorstellen van Staatsbosbeheer. De gemeente nam de zaak weer in beraad.
De werkplaats werd alvast ingericht volgens de zware eisen van R.L.D., door de heren L. Bom en Van Duyn. Eerstgenoemde werd volledig bevoegd technicus en uiteindelijk werd de werkplaats goedgekeurd.
Er werden helaas geen kampen naar Kamp Lintfort en Bourges georganiseerd. Wel werden vijf zomerkampen van zes dagen elk georganiseerd op Haamstede en kwamen de vliegers van Lintfort op Haamstede vliegen.
De vereniging vierde dit jaar haar vijfde lustrum. De voorbereidingen voor de festiviteiten werden tijdens de kampweek uitgevoerd. Doordat het slecht weer was met veel wind kon er zonder veel vliegdagen te missen flink doorgewerkt worden. De hangaar werd ingericht en een tent werd opgezet.
Een van de activiteiten die in het kader van het 25-jarig jubileum werd georganiseerd was een stervlucht. Gedurende zeven dagen was gelegenheid om van elders naar Haamstede te vliegen. Han de Glopper won deze wedstrijd en verkreeg daarmee een wereldontvanger.
Bijzonder was de prestatie van Heinrich Trenteli, die op de fiets vanuit Kamp Lintfort naar Haamstede was gereden en daarmee een autostoelhoes voor zijn fietszadel mocht ontvangen.
De prijzen werden door de toenmalige minister van Cultuur Ruimtelijke ordening en Milieu, mevrouw Gardeniers, uitgereikt die tevens een zweefvlucht mee mocht maken. Ook burgemeester Niemandsverdriet mocht dit genoegen smaken. Er waren vele autoriteiten op de receptie aanwezig, evenals een delegatie uit Kamp Lintfort. Na de receptie kon men zich aan een dansje wagen.
Piet Sweep nam in 1981 om gezondheidsredenen afscheid als voorzitter van de vliegclub na dit vanaf 15 november 1969 te hebben behartigd, en werd hiervoor tot erelid benoemd. Jan Peeters nam gedurende 1981 het plaatsvervangend voorzitterschap op zich.
Voor de oud-leden werd een reünie georganiseerd. Dit was al op de jubileumdag voorgesteld. Vele oud-leden schreven zich hiervoor in en op 10 oktober konden 47 oud-leden nog net voor de regen rondgevlogen worden. s Avonds werd een mosselmaaltijd georganiseerd. De dag erna was het beestenweer en konden al kletsend vele herinneringen opgehaald worden.
Ondanks de feestelijkheden die plaats hadden gevonden tijdens het jubileumjaar wilde het bestuur eind 1981 aftreden als gevolg van een gebrekkige verstandhouding tussen leden en bestuur. Tijdens de winterstop van drie maanden waren de kernproblemen niet aangepakt. Het was een moeilijk jaar geweest, mede door het wegvallen van Piet Sweep en Adrie Bom.
Na onderlinge discussie tussen de leden werd het besluit herroepen en besloot men als bestuur aan te blijven tot de eerstvolgende ledenvergadering.
Het jaar 1982
Begin 1982 trad een nieuw bestuur aan onder leiding van Ton de Bruine die het voorzitterschap overnam.
Het jaar stond in het teken van de opleiding van nieuwe bestuursleden, instructeur en startofficieren, waarvoor de kandidaten ondermeer voortkwamen uit de jonge leden; hetgeen de betrokkenheid bij de vereniging ten goede kwam. Ook het clubhuisbeheer werd onder de loep genomen. Er worden ondermeer bardiensten met een rooster vastgesteld.
In de loop van het jaar werd besloten de ASW-19 af te stoten en hiervoor een DG 202 (PH-722, R4) aan te schaffen. De ASW-19 werd te weinig gebruikt en met de DG 202 werd een betere inzetbaarheid verkregen evenals een getrapt systeem in de opleiding. De ASW-19 verdween naar een Engelse club.
De PH-449 was reeds door Leendert Bom en Willem den Baars onder handen genomen en zag er weer perfect uit.
De uitbreiding van de hangaar kon eindelijk onder leiding van de bouwcommissie in gang gezet worden. Staatsbosbeheer had zijn bezwaren tegen de uitbreiding namelijk laten varen.
Midden 1982 werd de kwetsbare relatie met Staatsbosbeheer door een akkefietje bijna een beetje in gevaar gebracht. Twee leden twee leden zich schuldig gemaakt aan het s nachts op het veld opjagen van het wild met een auto. Door omwonenden werd de politie gewaarschuwd, waarna tegen beiden proces-verbaal werd opgemaakt. Uiteindelijk bleek overmatig alcoholgebruik hier weer mede de oorzaak te zijn geweest. Het bestuur zag zich genoodzaakt na een onderhoud met beide leden een ervan te royeren aangezien men zich bewust diende te zijn dat V.C.H. vliegt bij de gratie van Staatsbosbeheer en de natuur diende te respecteren.
Aan de groep Duitsers die bij ons te gast was, werden voor dit voorval excuses aangeboden.
Jacht op wild was in vergelijking met het volgende misschien nog kinderspel. Tegen de beruchte Haamsteedse doop werd door een nieuwbakken solist zo opgezien, dat deze pas na een wilde klopjacht van anderhalf uur door de duinen, kon worden gegrepen en alsnog kon worden gedoopt.
Eind 1982 nam Nico Flick de taak van chef-instructeur over van Peter de Maat, waarbij
Jos Schrier als vervangende chef-instructeur werd benoemd.
De reünie van het jaar ervoor werd herhaald, waarbij het weer nu meezat.
Het jaar 1983
Tijdens het winteronderhoud werd de PH-409 onder handen genomen, zodat de vloot er weer piekfijn uitzag. De bestaande vloot werd niet alleen prima onderhouden, maar ook uitgebreid.
In maart 1983 werd een tweedehands eenzitter, de Astir Jeans (PH-589) inclusief aanhangwagen, aangekocht.
De Astir CS trof het minder wat de fysieke staat betreft. De kist werd flink gekraakt tijdens een landing op het veld en diende gerepareerd te worden.
De Twin Astir daarentegen had alweer een aantal jaren trouwe dienst vervuld en werd met het oog op de instandhouding van een technisch hoogwaardig vlootbestand ingeruild voor een Twin II G103 Acro. Een verdere uitbreiding van de vloot was niet meer gewenst.
Zonder rollend materieel was het bezit van een goede vliegtuigen bijna zonder waarde. Het rollend materieel diende daarom minstens zo goed verzorgd en op pijl gehouden te worden. Met de aankoop van onderdelen voor een nieuwe zelfbouwlier begon de voltooiing van deze wens inmiddels aardig op te schieten.
De club beschikte inmiddels over bijna alle faciliteiten om het de leden zo goed mogelijk naar de zin te maken. Een mooie vloot, verbeterd rollend materieel, een goed clubhuis, een slaapzaal en een hangaar die uitgebreid werd. In de aanbouw van de hangaar werd nog een douche gebouwd om het geheel te completeren.
Daar Ton de Bruine naar Twente verhuisde, kon hij het voorzitterschap niet meer blijven uitoefenen en werd Symen de Vries tijdens de buitengewoon algemene ledenvergadering tot voorzitter gekozen, zodat het ingezette beleid voortgezet kon worden. Als dank ontving de vertrekkende voorzitter een reproduktie van de provincie Zeeland in vroegere dagen.
Hoewel de zomerkampen mager werden bezocht, bleven het aantal leden en de bijbehorende prestaties niet uit.
Op 15 oktober werd Rob Flick gehuldigd als 10.000-ste B-brevethouder en maakte een vlucht met de wereldkampioen Kees Musters.
Net zoals in 1982 steeg het ledenaantal gestaag, zodat er eind van het jaar 72 vliegende, 13 niet-vliegende en 3 ereleden waren.
Behalve degenen die nog steeds lid waren van de vereniging lieten ook degenen die lid waren geweest zich weer gelden. In oktober werd de nu jaarlijkse reünie van oud-leden gehouden.
Het jaar 1984
Tijdens het winterwerk diende de werkplaats gerenoveerd te worden. Leendert Bom had
inmiddels zich als technicus teruggetrokken na deze functie ruim vijftien jaar te hebben bekleed. De werkplaats diende derhalve opnieuw gekeurd te worden. De renovatie werd door Willem den Baars en Han de Glopper begeleid. Het onderhoud van de vliegtuigen kon deels zelf en deels op Woensdrecht worden uitgevoerd. Het seizoen kon dus begonnen worden met een vloot die weer geheel in orde was
Eind april 1984 werd de nieuwe Twin Astir (PH-744) in gebruik genomen; een nieuwe tweezitter die hopelijk de prestaties na de leden en het aantal starts zou vergroten. Dit betekende natuurlijk niet dat de oude, vertrouwde tweezitters waar de vereniging tot dan toe gebruik van had gemaakt van hun waarde waren ontdaan, integendeel. Begin mei bleek dit maar al te zeer toen met de ASK-13 (PH-409) de 25.000-ste start werd gemaakt.
Het was begin mei trouwens dermate thermisch dat twee kisten van Woensdrecht op Haamstede landden en een kist van Ypenburg op weg naar Midden-Zeeland langs vloog. Eigenlijk was dit een zeldzaamheid voor de vereniging, daar veel zweefvliegers het minder thermische veld doorgaans meden.
Er werden om de vliegervaring op peil te houden weer drie zomerkampen gehouden van elk twee weken. Deze bleken voor de verandering nu eens boven verwachting goed gevuld te zijn. Niet alleen de eigen leden hadden zin in een weekje vliegen op Haamstede. De Duitsers kwamen na hun recente afwezigheid weer voor twee weken op het veld om hun vliegvaardigheid te beproeven.
De zweefvliegers uit Lintfort waren niet de enige gasten die Haamstede dit jaar met een bezoek vereerden. De club uit Woensdrecht, de W.B.A.C., maakte ook een aantal dagen dankbaar gebruik van het veld aan de Schouwse kust.
Naast eerder genoemde onderdelen van de vloot, moest ook het rollend materieel vernieuwd worden. Er werd begonnen met de bouw van een nieuwe lier. Hiervoor moesten een liermotor, een onderstel en andere onderdelen worden aangeschaft. De W.I.Z.-lier werd door de nieuwbouw overbodig en te koop aangeboden.